PROBUS VERSLAG. 25 Augustus 2021.

Onderwerp: Lezing over Civiel Militaire Samenwerking.

Presentatie Dhr.  Gerard Lettinga.

De civiel – militaire samenwerking in Nederland bestaat al sinds enkele eeuwen. Ook vroeger verleende het Nederlandse leger al hulp bij rampen en stond het de Nederlandse bevolking bij als het ging om watersnoodrampen, ernstige sneeuwoverlast, en andere calamiteiten, Vaak riepen dan burgemeesters via het ministerie de hulp in van militaire eenheden.

De watersnoodramp in Zeeland, West Brabant en een gedeelte van Zuid-Holland in 1954 is een sprekend voorbeeld van de hulp die het Nederlandse leger toen geboden heeft. Genie troepen legden noodbruggen aan en met kleine legervaartuigen werden vele inwoners uit genoemde gebieden ,uit benarde posities ,gered. Het leger heeft veel ervaring opgedaan op het gebied van crisis management en een geweldige kennis  en  ervaring opgebouwd als het gaat om de samenwerking met andere hulpverlenende instanties.

Intussen bestaan in Nederland een groot aantal Veiligheidsregio’s., waarin vertegenwoordigd zijn  de brandweer, een centrale meldkamer. de gemeenten in die regio en de geneeskundige organisatie. Als voorzitter treedt op een burgemeester van een van de gemeenten uit de betreffende regio. Verder zijn belangrijke partners in die samenwerking, de waterschappen , justitie en defensie. Bij een ramp b.v. is de burgemeester als regiovoorzitter de opperbevelhebber .

De afspraken over de samenwerking  met- en of inschakeling van defensie zijn in 2004 in een convenant tussen de gemeentelijke overheden (veiligheidsregio’s) en defensie, vastgelegd.

Rampen kunnen  betrekking hebben op:

  • De natuurlijke omgeving zoals. Natuurbranden, stormrampen en aardbevingen.
  • De gebouwde omgeving. b.v. branden in kwetsbare gebouwen.
  • Technische, biologische omgeving, ontsnapping van grote hoeveelheden giftige stoffen in de open lucht.
  • Infrastructuur, uitschakeling van vitale voorzieningen
  • Verkeer en vervoer, zoals b.v. incidenten in tunnels.
  • Bedreiging van de Volksgezondheid, ziekte golven of epidemieën. Zoals recent de corona crisis.
  • Sociaal maatschappelijk omgeving. Paniek in een menigte of verstoring van de openbare orde.

 

De hulp die defensie hierbij verleend in materiele en personele zin is kosteloos. In materiele zin kent het leger vele mogelijk heden , zoals kant en klare noodbruggen, radioverbindingen, vervoersmogelijkheden, grote kranen etc. Met andere woorden  tal van mogelijkheden die ook nog in een snel tempo beschikbaar kunnen zijn. Soms kan de tijd, tussen een aanvraag  om hulp en de inzetbaarheid daarvan, wel eens een remmende factor zijn. Op dit moment is de beschikbaarheid van personeel wel een probleem want defensie heeft 7000 vacatures die vervuld moeten worden.

Verder heeft defensie nog een aantal speciale diensten :

  • De explosieve opruimingsdienst, Zeer gespecialiseerde functionarissen die gevonden, bommen , granaten en onbekende pakketjes onschadelijk weten te maken.
  • De Kon Mareshausse., voor grensbewaking en bewaking van paleizen etc.
  • De nationale reserve als extra opgeleide militairen geschikt voor vele taken.
  • In en op het water: 2 schepen voor de kustwacht en speciale missies in het Caribisch gebied (drugssmokkel). Havenbescherming
  • Calamiteiten hospitaal (Intensive Care unit MST)
  • Dienst speciale interventies. Commando’s en mariniers.
  • Blushelikopters bij o.a. bosbranden.
  • Hulpverlening bij chemische, biologische en nucleaire incidenten
  • etc. etc.

Al met al een overzichtelijke en duidelijke opsomming van mogelijkheden die de civiele samenwerking met defensie biedt. Van belang hierbij is dat deze samenwerkingsstructuur duidelijk moet zijn  vastgelegd en  dat daardoor in de uitvoering geen problemen gaan ontstaan.

Hartelijk dank aan de heer Gerard Lettinga voor deze uiteenzetting. 

Hans Bouwhuis.